Als kind dronk ik eens een halve fles petroleum leeg die mijn ouders binnen bereik van mijn grijpgrage handen hadden laten staan. Petroleum is een nuttige brandstof maar een gemeen goed om in te nemen. Mijn maag moest destijds leeggepompt worden voordat het goedje tot ontbranding kwam.

Het is gemeengoed dat petroleum niet goed is voor de maag. Dat betekent dat het algemeen bekend is dat je petroleum niet moet drinken. Iedereen weet dat, behalve kleine kinderen misschien, maar die hebben daar ouders voor.

Het is dan ook vreemd om in een conceptbrief te lezen dat het nog wel even duurt voordat inclusief beleid voor mensen met beperkingen gemeen goed is.

Dit suggereert dat inclusief beleid – bij alles wat je bedenkt rekening houden met mensen met beperkingen – een verwerpelijk iets is. De auteur bedoelt natuurlijk het tegenovergestelde: inclusief beleid moet juist de norm zijn en overal toegepast worden, gemeengoed dus. Schrijf dat dan ook.

Een gemeen goedje, de Nederlandse taal!