Home > Ambtelijke taal
35. Europese eenwording (1-4-2007)

Velen zien een taalrubriek tegen onbegrijpelijk ambtelijk taalgebruik als een lovenswaardig maar kansloos initiatief. Mensen knikken je bemoedigend toe, vinden de stukjes soms leuk, andere keren weer niet. Je voelt je als een ijsschots die langzaam naar de zon drijft.

Dat gevoel wordt alleen maar sterker met de meest recente ontwikkelingen vanuit 'Europa'. Mijn kritische geluiden staan namelijk vaak haaks op de kern van EU-richtlijn EG/98/26410 over taalaanpassingen. De richtlijn is vastgesteld op de EU-top in Palermo enkele jaren geleden, maar Nederland implementeert nog steeds niet. De richtlijn juicht, in tegenstelling tot de opvatting van veel stukjesschrijvers, het gebruik van vreemde woorden, vaktaal en nieuwe woorden toe als een stimulans voor de Europese eenwording.

 

Zo promoot de richtlijn het gebruik van Engelse woorden. Annex 2 van de richtlijn bevat heel veel vreemde woorden, zoals input, output, benchmark, joint effort, taskforce. Dit zijn sleutelwoorden voor de nieuwe Unie.

 

Ook bevat de richtlijn in annex 4b een lijst van vaktermen die alle lidstaten juist veel vaker zouden moeten gebruiken: implementeren, monitoren, faciliteren, macrobudget. Vaktaal moet van Vilnius tot Lissabon gebeiteld zijn.

 

Tot slot verplicht de richtlijn de lidstaten elk jaar minimaal 250 nieuwe woorden aan de taal toe te voegen zodat nieuwkomers steeds meer gelijke kansen krijgen om in te burgeren. VWS heeft een target van 80 woorden gekregen, kans volop voor de zorgwekkende zorgmijder.

 

Bij velen is de richtlijn onbekend wegens het verzet in veel lidstaten. De richtlijn leidt daarom een vergeten, stoffig bestaan in Brusselse burelen. Vandaar dit stukje om alle taalliefhebbers  wakker te schudden. Er is nog veel werk te doen en geen tijd te verliezen.

 


Deze website is powered by: Mail de webmaster hier