Home > Ambtelijke taal
22. Vertraging (1-2-2007)

Wie denkt dat politici en ambtenaren het alleenrecht hebben op verhullend taalgebruik, heeft het mis. Het bedrijfsleven kan er ook wat van. Daar verkopen ze teleurstellingen via prachtig omtrekkend taalgebruik even makkelijk als een geweldige kans dan een minister die zegt dat een stevige bezuiniging in feite een enorme impuls is.

 

Zo krijg ik ontzettende jeuk van het taalgebruik van de NS. Ik kan daar ook niet omheen, omdat ik vanwege een nieuwe baan sinds kort weer met de trein reis. En daarbij de pech heb dat te moeten doen met een stoptrein vanaf een station waar vooral de TGV, de intercity en de sneltrein voorbij razen. Die snellere treinen hebben kennelijk altijd voorrang, want mijn stoptrein heeft vaak vertraging.

 

Vertraging? De NS ziet dat heel anders. De trein heeft geen vertraging, maar de trein vertrekt over een kwartier, tien minuten, vijf minuten. Dat laat de omroepster ons tenminste steeds weten. Het maakt feitelijk natuurlijk geen enkel verschil – je wachten even lang – maar het klinkt kennelijk zo veel prettiger. Kwestie van psychologie, zo lijkt het. Iemand die de term vertrek hoort denkt immers: ‘Het gaat gebeuren’ en krijgt een warm gevoel; iemand die over vertraging hoort denkt: ‘Oh jee, het is weer zo ver’ en ergert zich aan de NS.

 

Daarom heeft de NS de bordjes vast verhangen, op zoek naar een beter imago. Helemaal foutloos verloopt die verdwijntruc overigens niet. Zo kennen de borden op de perrons nog steeds de aanduiding ‘vertraging’ als het vertrek later is dan gepland. Een schoonheidsfoutje. Gelukkig onderscheidt de NS zich ook hier niet van een ambtelijke, bureaucratische organisatie: veranderingen worden vaak traag doorgevoerd.


Deze website is powered by: Mail de webmaster hier